:46:04
Zo kan ik niet schrijven.
-Maak ze los.
:46:14
Hij zegt dat hij wil eten. Hij is
erg hongerig door al dat gepraat.
:46:25
Kijk eens. Vers vlees.
-Ma, maak wat te eten voor iedereen.
:46:30
Het is geen stelen. Als het op is,
heeft het geen eigenaars meer.
:47:46
Waar denk je aan?
-De sheriff. Hij doet er lang over.
:47:52
Stel dat hij helemaal niet komt?
-Daar zit ik ook aan te denken.