:01:35
Goedemorgen.Kom je voor de kamer?
:01:38
Inderdaad. Ik ben Marie Buckholder.
:01:41
Hoe maak je het, lieve?Zit je op de universiteit?
:01:45
Heb ik u wakker gemaakt?- Dat geeft niet.
:01:48
Ik moest toch opstaan.
:01:51
Het is boven.Is dit de eerste kamer die je bekijkt?
:01:55
Inderdaad.- Hopelijk bevalt hij je.
:01:58
Vast wel.- We hebben geen kinderen, weet je.
:02:02
Kom maar binnen. Hier is het.
:02:05
Dit is de kamer, liefje.
:02:07
Zie je wel? Met een kast.
:02:10
Een mooie, grote kast.En een lamp om te lezen.
:02:16
Daar moet ik een peertje in doen.
:02:19
Gewoonlijk is het stiller.Studenten hebben stilte nodig.
:02:24
Maar op zaterdag zijnde kinderen van Coffman thuis.
:02:27
Uitzicht is niet zo belangrijk.
:02:31
Het is toch niet te duur?- Nee, de prijs is goed.
:02:35
Een fijn bed. Heerlijk bed.
:02:38
Goede matras.Ik heb hier zelf nog geslapen.
:02:42
O ja?- Niet de laatste tijd.
:02:44
M'n man was ziekelijk,maar hij is nu weer beter.
:02:48
Ik weet het nog niet.Ik denk erover na.
:02:51
Je vindt nietsdichter bij de universiteit.
:02:55
Dat is heel gemakkelijk, maar...- En de badkamer is mooi.
:02:58
Die is drie jaar geleden geschilderd.
vorige.