:28:00
- Dat klopt. Ik heb de wet overtreden.
- Leuk trucje.
:28:03
Maar wat denkt u hiermee te bewijzen?
:28:05
- Zo zeldzaam zijn die messen dus niet.
- En wat dan nog?
:28:09
U hebt een mes gevonden dat erop lijkt.
Is dat nou de vondst van de eeuw?
:28:14
Denkt u dat iemand anders hem
heeft neergestoken met zo'n zelfde mes?
:28:18
- Een kans van één op 'n miljoen.
- Het is mogelijk.
:28:21
- Maar niet waarschijnlijk.
- Heren, ga zitten.
:28:25
Het heeft geen zin
om met z'n allen te gaan staan.
:28:28
Wat frappant dat hij net zo'n mes
heeft gevonden als dat van hem.
:28:32
- Wat is daar nu frappant aan?
- Dat vind ik gewoon.
:28:36
We denken nog steeds dat hij schuldig is.
:28:39
Wat denkt u te bereiken?
U praat ons toch niet om.
:28:42
Dan maar geen unaniem besluit.
:28:45
Dan komt er een nieuw proces
en wordt hij alsnog schuldig bevonden.
:28:49
Waarschijnlijk wel.
:28:51
Wat wilt u? Zo duurt het de hele avond.
:28:54
Het is maar één avond.
Zijn leven staat op het spel.
:28:57
Waarom maken we het ons
niet gemakkelijk?
:29:00
We laten een pak kaarten brengen
en dan zweten we het wel uit.
:29:06
- Grappenmakerij vind ik ongepast.
- Wat wilt u dan?
:29:10
Ik zie niet in
wat dat mes ermee te maken heeft.
:29:13
Er is een ooggetuige.
Meer bewijs is toch niet nodig?
:29:15
Jullie praten me de oren van het hoofd.
:29:18
Ondertussen gaat mijn bedrijf
naar de haaien. Kunnen we opschieten?
:29:23
De officier van justitie vond
dat mes anders wel belangrijk.
:29:26
Hij was maar een hulpje. Weet hij veel.
:29:29
Al die nevenargumenten houden ons op.
:29:35
- Wat zegt u ervan?
- U staat alleen.
:29:45
Ik heb een voorstel.
Laten we nog een keer stemmen.
:29:51
Maar ik wil dat iedereen
:29:54
zijn stem in het geheim kan uitbrengen.
:29:57
Ik doe niet mee. Als iedereen hem
schuldig bevindt, leg ik me daarbij neer.