:22:01
Heer, u hebt de macht om me te doden.
:22:05
Hou je mond.
:22:07
De dood is te goed voorjou.
Ga uit mijn ogen.
:22:11
Ik wil je onbeschaamde gezicht
niet meer zien.
:22:44
Weer een dag.
:22:47
De Spartanen hebben goed gevochten.
:22:50
De andere Grieken ook.
:22:55
We kunnen Thermopylae in bezit houden.
:23:09
Ik heb op een moment gewacht
om je alleen te spreken.
:23:14
Waarom?
:23:18
lk ga naar de vallei.
:23:22
Dit is geen plek voorjou. Ga met mij mee.
Dan geef ikje robijnen en goud.
:23:29
Pas op, of ik ga slaan.
:23:33
Jij mij slaan?