:15:01
Maar hij kan het
nu niet meer afblazen.
:15:07
Zet dat ding eens af.
:15:10
4000 afgeladen schepen,
de mannen staan klaar.
:15:14
11.000 vliegtuigen,
18.000 parachutisten, chauffeurs...
:15:19
Rustig maar.
:15:23
De storm kan ineens voorbij zijn.
- Dat zeggen ze al dagen.
:15:29
Norm...
:15:31
We zijn net zo toegewijd als jij
en willen ook graag vertrekken.
:15:37
Ik incluis. Hij zal het niet
voor niets afblazen.
:15:42
Dat weet ik ook wel.
Maar ik denk aan de stormtroepen.
:15:48
Er zitten er 200.000 in de schepen
en ze zijn vast zeeziek.
:15:52
Sommigen zitten
al drie dagen aan boord.
:15:56
Gaan, zeg ik. Weer of geen weer.
:16:07
Geef eens 50 dollar, ik ben blut.
- Ik sta er ook slecht voor.
:16:20
Leen je me 50 dollar ?
:16:26
Leen je me 20 dollar ?
- Val toch dood.
:16:35
Leen je me tien dollar ?
:16:54
Zo mag ik het zien.
:16:57
Zeven punten achter elkaar.
Dat moest niet mogen.