:19:00
Hij kwam naar buiten
met z'n handen omhoog.
:19:03
Om te praten, zei hij.
:19:05
Geen geweren, zei hij, dus deed ik
die van mij weg en toen trok hij deze.
:19:12
Hij miste, maar ik niet.
:19:15
Ruth, ik zweer dat het zo gegaan is.
:19:20
Wat maakt het uit of ik je geloof?
De hele stad zit achter je aan.
:19:24
Ik weet het.
:19:27
Ik heb vijf weken gelopen
om hier te komen.
:19:34
En nu ben ik er en...
:19:40
Ruth, ik ben kapot.
:19:42
Niet alleen vanwege Medford.
:19:44
Jij en Crane,
hoe kon je met hem trouwen?
:19:49
Als je ooit terug zou komen...
:19:51
wilde ik zeker weten
dat ik niet op je zat te wachten.
:19:55
Dat heb je mooi voor elkaar gekregen.
:19:58
Je geloofde nooit dat ik het zo erg
vond dat je slaven kocht en verkocht.
:20:04
Het kon je niks schelen.
:20:06
Je hield niet genoeg van me om ermee
te stoppen en onze relatie te redden.
:20:10
Ik moest m'n vader gaan zoeken.
-Daarom ben je niet gegaan.
:20:14
Je bent gegaan, omdat je
net zo koppig bent als je vader.
:20:17
Omdat je nooit eens normaal kon doen.
:20:34
Schreeuw nog 's tegen me,
dan voel ik me weer thuis.
:20:42
Je was echt een gemene, koppige
jongen. Alleen dan luisterde je naar me.
:20:49
Ik vroeg me af
of je ooit volwassen zou worden.