:37:04
Waarom kan je me niet met rust laten ?
:37:07
Je bent ziek, schat.
:37:11
Ik ziek ?
:37:14
En jij dan, schat ?
:37:16
Met je spelletje 'Week van de
Geestelijke Gezondheid' ?
:37:21
En je droomwerelden ?
:37:23
Je hebt een obsessie voor 'n misdadige
vrouw die krijst als je dichtbij komt.
:37:33
Hoe zit het met jouw dromen ?
- Wie zegt dat ik volmaakt ben ?
:37:39
Wat een toespraak. Je zou zeggen
dat je die boeken hebt doorgebladerd.
:37:45
Welke vond je het boeiendst ?
:37:49
Wil je zo graag de dokter uithangen ?
:37:54
Ik hou van films. Dus ik weet
hoe het gaat. Kom maar op.
:38:00
Eerst dromen ? Of vrije associatie ?
:38:05
Zeker eerst vrije associatie,
hé dokter.
:38:09
Zeg een woord. Ik geef een associatie.
:38:12
Zoals: Rommel, bende.
Trouwt een man, dan begint de ellende.
:38:17
Klaar ?
:38:21
Toe dan. Je wilt toch
voor dokter spelen ?
:38:26
Water.
- Bad. Zeep. Schoon. Voor mij alleen.
:38:32
En al Zijn tranen zullen uw zonden
wegwassen en u rein maken.
:38:38
Baptisten. Zondags twee keer
naar de kerk.
:38:43
Zie je ? Ik aarzel helemaal niet.
:38:46
Ik bloei helemaal op.
:38:48
Voor je het weet kan ik weer
op m'n verlamde beentjes staan.
:38:54
Lucht.
- Staren. Dat doe jij.