:25:02
Bent u soms ziek ?
- Ik hoop het niet.
:25:07
Er staat niets in over mijn loon.
- Niets.
:25:11
Dat moet wel duidelijk zijn.
En ik wil om de dinsdag vrij.
:25:21
Misschien is een proeftijd
wel verstandig.
:25:31
Ik geef u een week.
:25:37
Dan ga ik nu naar de kinderen.
:25:54
Mond dicht, Michael.
Het tocht.
:25:59
Sta daar niet zo.
Beste beentje voor. Hup-hup.
:26:09
Moet je geen kinderjuffrouwen
ondervragen ?
:26:12
Heb ik gedaan.
- Heb je er al een aangenomen ?
:26:15
Ja, het is al gebeurd.
- Waar is ze dan ?
:26:19
In de kinderkamer.
Meteen aan het werk.
:26:22
Wat goed van je.
Dat was mij niet zo snel gelukt.
:26:26
Is ze zoals we gehoopt hadden ?
:26:30
Het ging allemaal zo snel.
:26:34
Is ze streng ?
Geeft ze bevelen ?
:26:37
Gaat ze ons kroost kneden ?
:26:40
Winifred, ik denk het wel.
Ik denk het wel.
:26:45
Zeg dan maar tegen Ellen
dat ze de rest wegstuurt.
:26:53
De rest kan gaan.
De vacature is vervuld.
:26:57
De rest ?
- Ja, de rest.