:11:01
Door terug te gaan
naar de plaats van het misdrijf.
:11:08
Heel goed, dominee.
:11:10
Uitstekend. Uitstekend.
:11:38
Mr Stringer, als ons plan werkt,
weet u dan zeker dat u uw rol kent?
:11:44
Ja, ik geloof het wel.
- Bukken. Straks zien ze u.
:11:56
Ja?
- Ik zamel spullen in...
:11:59
Ik zamel spullen in voor de
kerkbazaar. U bent toch gelovig?
:12:04
Dat mag ik wel hopen.
- Nou dan.
:12:07
Als 't voor de kerk is,
heb ik van alles.
:12:09
O, dank u wel.
:12:14
Ik heb al haar spullen.
Weet u 't van mijn zus?
:12:17
Arme vrouw.
- Ik wist dat ze slecht zou eindigen.
:12:20
Ze was toneelspeelster.
- Ik dacht dat ze barvrouw was.
:12:24
Ja, maar ze had
vroeger op 't toneel gestaan.
:12:28
Het was daar, met z'n blote handen.
:12:31
Met handschoenen.
- Komt op hetzelfde neer. Hierheen.
:12:35
Ze leefde altijd op 't randje.
:12:38
Heeft u haar huis geërfd?
:12:40
Er was geen tijd voor 'n testament.
- Nee, dat lijkt me niet.
:12:45
Maar ik moet niet kwaadspreken.
Het was m'n zus.
:12:48
Het bloed kruipt
waar het niet gaan kan.
:12:51
Het is niks waard. Ze had 't
vast ook van 'n rommelmarkt.
:12:55
Ze zei altijd
dat dit vod nertsbont was.
:12:58
Ik zou deze jas nooit aantrekken.