:52:09
Ik ben voor het eerst terug in mijn land.
:52:12
Ik wist dat ik ooit terug zou komen.
Maar niet dat het zo zou gaan.
:52:19
Waarom bent u met uw man getrouwd?
:52:25
Hij heeft me gekocht.
:52:28
Hij vond me ergens
in een achterkamertje.
:52:32
Hij vond me leuk en heeft me gekocht.
:52:36
Hij gaf mijn vader vijf koeien
en een wapen.
:52:40
Hij was op slag
de rijkste man van het dorp.
:52:44
Bent u ooit van hem gaan houden?
- Nee.
:52:50
Maar hij was aardig voor me.
Hij was lief voor me.
:52:56
Hij haalde me weg uit 'n omgeving
waar ik me 'n vreemde voelde.
:53:00
En gaf me een thuis.
:53:03
En nu ben ik hier.
- Zo te zien is dit niet uw eindpunt.
:53:12
Wilt u koffie?