:16:01
Dat duurt niet lang meer.
De oprit leek wel een parkeerplaats.
:16:06
Overal jongens.
:16:09
Is er iemand thuis?
:16:12
Dat zijn vast Don en Helen met
de Forsburghs. Ga niet weg, Neddy.
:16:18
Is Ned hier?
:16:32
Hoe gaat het met u, Mrs Hammar?
-Wat doet u hier?
:16:37
Ik ga naar huis. Even afkoelen.
-Wie heeft u toestemming gegeven?
:16:43
Ik ben Ned Merrill.
Prachtige bloemen.
:16:48
Ik zie dat Erich
een rotstuin heeft aangelegd.
:16:51
U bent hier niet welkom.
-U kent me toch?
:16:55
Ik ben een vriend van uw zoon.
-Een vriend?
:16:58
Hoe durft u dat woord te gebruiken.
U hebt hem nooit opgezocht.
:17:03
U hebt hem nooit
in het ziekenhuis bezocht.
:17:08
Hoe is het met hem?
Is hij weer beter?
:17:22
Wacht eens even. Dit is nu mijn huis.
:17:29
Kom hier nooit meer. Waag het
niet hier ooit weer te komen.