:56:21
Wacht eens even.
:56:24
Dit lijkt mijn kar wel.
:56:29
Ik weet zeker dat dit mijn kar is.
:56:35
Dit is mijn kar. Ik rij m'n kinderen
erin rond. Zie je dat?
:56:40
Ella schopte hier doorheen.
Ik heb het gerepareerd.
:56:44
Dit is mijn kar.
:56:47
Wat is er aan de hand?
-Dit is mijn kar.
:56:50
Wij hebben hem gekocht.
:56:53
Op een bazaar.
-Wat deed hij daar?
:56:56
Je vrouw heeft hem weggegeven.
-Waarom?
:57:00
Ze wist dat ik er gek op was.
-Zeg dat tegen haar.
:57:03
Ik wil hem terugkopen. Ik geef er
het dubbele voor. Honderd dollar.
:57:09
Honderd dollar voor dat prul?
:57:12
Ik wil hem terugkopen.
Ik stuur je een cheque.
:57:16
Hij stuurt een cheque.
:57:18
Ik neem hem mee.
-Afblijven.
:57:22
Je bent niet uitgenodigd,
maak dat je wegkomt.
:57:26
Wegwezen.
:57:39
M'n advocaten nemen morgen
wel contact met je op.