:25:03
Ik zeg bij de balie dat ik de mijne
heb verloren en vraag om 'n nieuwe.
:25:07
Ik kies een drukke balie waar mensen
wachten. Ik krijg er altijd een.
:25:13
Maar dat is een blanco hoesje.
Geen ticket.
:25:16
Dat doe ik op het toilet.
Ik weet wat ik moet schrijven.
:25:22
Ik neem een viltstift mee
in mijn handtas. Ziet u wel ?
:25:26
Tja.
Die neem ik, met uw goed vinden.
:25:29
Nou, die is eigenlijk van mij.
Maar ik krijg wel een nieuwe.
:25:34
Dus dan heeft u een instapkaart.
En dan ?
:25:37
Dan ga ik naar de vertrektunnel.
:25:39
Koffie ?
- Nee, dank u.
:25:41
Ik wacht tot de kaartjescontroleur
het druk heeft, en ga aan boord.
:25:46
Hoort u dat, Hr. Coakley ?
:25:48
De stewardessen houden u niet tegen ?
:25:50
Als je laat genoeg komt zijn die
bezig met de jassen en de mannen.
:25:55
Ik laat ze snel
't hoesje zien, ziet u wel.
:26:00
Dat neem ik ook.
:26:02
Maar u doet het vast niet
altijd met een instapkaart.
:26:05
Soms zeg ik dat m'n zoon aan boord
z'n portemonnee is vergeten.
:26:11
Ik heb een mannenportemonnee bij me.
:26:16
Dat werkt het beste.
:26:18
Nou, mevr. Quonsett,
u heeft het goed voor elkaar.
:26:22
Mijn overleden man
leerde mij degelijk te zijn.
:26:25
Hij was leraar geometrie.
:26:27
Hij zei altijd: "Je moet het
van elke hoek bekijken."
:26:31
Mijn overleden man was advocaat
en zei altijd:
:26:35
"Kijk uit voor lieve, ouwe dametjes."
Ik begrijp nu wat hij bedoelde.
:26:40
U bent ook weduwe.
Dat spijt me, schat.
:26:43
Maar u bent jong en aantrekkelijk,
ik weet zeker...
:26:46
Maar we hadden het over u,
mevr. Quonsett.
:26:49
U gaat terug naar L.A.
met het volgende vliegtuig.
:26:52
Ja, schat. Zoiets vreesde ik al.
:26:55
Ik zou graag eerst
een kop thee willen.
:26:59
Wanneer moet ik hier terug zijn ?