:06:03
- Het is allemaal zo neppig.
- Iedereen speelt een rol.
:06:07
- Je weet niet wie je voor je hebt.
- Omdat je kennis maakt met de rol.
:06:13
- Ik weet niet of ik dat ook vind.
- Ik ook niet.
:06:17
- Ben je het niet met jezelf eens ?
- Hoe denk jij er dan over ?
:06:23
De mensen denken dat ze een rol
spelen, maar eigenlijk zijn ze echt.
:06:27
- Ze denken dat 't te veranderen is.
- Houden ze zichzelf voor de gek ?
:06:33
- Het is een rol, maar ze zijn echt.
- Hoe kan het dan een rol zijn ?
:06:38
- Omdat ze de rol zijn.
- Ze zijn ook echt. Ben ik niet echt ?
:06:44
- Speel ik maar een rol ?
- Het is niet erg, dat doe ik ook.
:06:49
Gedraag jij je niet anders
met andere mensen ?
:06:53
- Met je familie ?
- Ik dacht dat je mensen bedoelde.
:06:57
- Maar met m'n familie, natuurlijk...
- En met vrienden ben je anders.
:07:03
En met leraren weer anders.
Dus wie ben je echt ?
:07:10
- Jij moet advocaat worden.
- Ik word advocaat.
:07:15
Een vrouwelijke advocaat...
:07:27
Jij studeert op Smith, toch ?
:07:31
- Bevalt het ?
- Ja. Bevalt het jou op Amherst ?
:07:36
Jazeker. Mijn ouders hebben hier
hard voor gewerkt.
:07:43
Dus het is me geraden om het
fijn te vinden. Heb je ook een naam ?
:07:49
- Susan.
- Ik heet Sandy.
:07:55
Ik denk dat je haar wel kan pakken.
Ze is een lekker griet.