:02:10
Wat is het?- Een val.
:02:13
Daarmee pakten ze stropers.
:02:16
Dag, Amy.
:02:17
Dag, Charlie.- Waar moet het, Mr. Sumner?
:02:19
Hier, achteraan.- Wat zwaar, Mr. Sumner.
:02:23
Dat je mij nog kent.
:02:25
Waar zetten wij ze?- Waar je wil.
:02:28
Je verjaardagsgeschenk.- Gefeliciteerd.
:02:33
Kras ze niet.- Waarom verrast het je?
:02:35
Hoe lang is het geleden?
:02:37
Drie zomervakanties en zes jaar.
:02:41
Dit is een oude vriend van mij,Charlie Venner.
:02:43
Mijn man.
:02:45
Mr. Venner.- Zeg maar Charlie.
:02:48
Werk jij hier?- Soms.
:02:51
Help je me even?
:02:53
David is wiskundige.- Wat wil je vangen?
:02:56
Vrede en rust.- Leraar rekenen.
:02:58
Wel...- Nee.
:03:00
Hij schrijft een boekover de computeranalyse...
:03:04
Goed geprobeerd. Zet dit weg.- Dat doe ik wel.
:03:14
Charlie kan helpenmet de garage, David.
:03:18
Goed idee. Die Norman...
:03:20
Scutt.
:03:21
Ja. Die doet er eeuwen over.- Bobby en ik kunnen het doen.
:03:27
Ik kom morgenmet mijn neef Bertie.
:03:30
Ja? Hoeveel?
:03:31
Een redelijke prijs.
:03:35
Bedankt. We wonen...- Op Trencher's Farm.
:03:38
We zullen er zijn.
:03:41
Fijn.
:03:49
Waar ga je naartoe?
:03:52
Waar ga je naartoe?- Sigaretten.
vorige.