1:14:01
Je vermoordt me niet.
1:14:06
Je bluft toch?
1:14:16
Maar zij vermoorden jou wel.
1:14:27
Stuur me terug.
1:14:37
Jij hebt die man niet vermoord.
Dat deed ik.
1:14:41
Ik liet me door Frank terugsturen
naar het hotel.
1:14:46
Ik had kunnen blijven,
ik had er iets aan kunnen doen.
1:14:55
Jij zei dat Frank Tanner
je man niet heeft vermoord.
1:14:58
Het was niet de zwarte man, zei ik.
En jij zei: Dat weet ik.
1:15:04
Weet je wie het heeft gedaan?
1:15:16
Jij weet wie hem heeft vermoord.
1:15:23
Wie vermoordde je man?
1:15:33
Zeg op.
1:15:42
Wie vermoordde hem?
1:15:49
Dat deed ik.