:05:22
Genoeg. Hij hoeft niet dood.
:05:27
- Kom op.
- Sta op.
:05:30
- Kom op.
- Hou op.
:05:34
Ik heb niks gedaan.
:05:39
Sta op.
:05:46
Hou je nou op ?
:05:51
Laat me nou. Ik wil 'm oppakken.
:05:56
- Ik praat even met 'm.
- Dit is je vriend, makker.
:06:01
- Voor wie werk je ?
- Pulk je wel 's aan je tenen ?
:06:04
- Wie is je contactpersoon ?
- Geef antwoord.
:06:09
Is het Joe de Kapper ? Die is 't, hé ?
:06:13
Geen gezeik. Wat is Joe's achternaam ?
:06:15
Dat weet ik niet.
:06:18
Ik weet alleen dat ie in de 125e straat woont.
Boven de kapper.
:06:23
Welke kant van de straat ? Noord of zuid ?
:06:26
- Weet ik veel aan welke kant.
- Aan welke kant ?
:06:29
- Hoe vaak pulk jij aan je tenen ?
- Wat lult ie nou ?
:06:33
Iemand in Poughkeepsie
wil je spreken. Ooit geweest ?
:06:38
Hou even op. Waar heb je het over ?
:06:40
Ben je ooit in Poughkeepsie geweest ?
Ja, hé ? Vertel op.
:06:46
Je bent er geweest, hé ?
Je zat op je bed, hé ?
:06:49
Schoenen en sokken uit
en toen heb je aan je tenen gepulkt.
:06:54
Je hebt een mes in m'n partner
gestoken. En wat betekent dat ?
:06:58
Dat ie weer de hele winter
over z'n bowling zeurt.