:15:00
Luister, jongen.
:15:03
Papa moet op reis.
:15:06
Zorg dat mama alles krijgt
wat ze nodig heeft.
:15:10
Wil je voor haar zorgen
terwijl ik weg ben ?
:15:16
Hoe lang blijf je weg ?
:15:24
We zijn terug voor je 't weet.
:15:28
Maak 'm niet van streek. Dan gaat
hij huilen en word je vrouw wakker.
:15:33
Ik ga niet huilen.
:15:38
Geld, Johnny.
:15:41
Geef dat aan je moeder.
- Waar ga je naartoe ?
:15:51
Je moet de jongen
toch iets vertellen ?
:15:59
Verzin wat.
Hij is nog maar 'n kind.
:16:05
Nee, ik heb al genoeg gelogen.
:16:19
Alles komt goed.
Papa komt gauw weer terug.
:16:24
Hou m'n geluksring maar
zolang hij weg is.
:16:29
Die heeft hij niet nodig.
- Hij brengt geluk.
:16:35
Bedank hem.
:16:41
Ik moet nu weg.
:16:58
Tot kijk, jongen.
Hé, je gaat toch niet weer rennen ?