:34:03
Daarom zeg je dat dus.
Nee, ze zijn niet echt.
:34:06
-Ga maar een hotdog halen.
-Zeg dat nou niet tegen hem.
:34:11
Praat er nou niet over tot je
Weet Waar je het over hebt.
:34:14
Maar hoe kom ik er dan achter
Wat er aan de hand is?
:34:19
-Mam, ik geloof dat ze bestaan.
-lk ook.
:34:23
Nee, dat doen jullie niet.
:34:25
-Papa zegt van Wel.
-Nee, hoor.
:34:29
-Of Wel?
-lk Wil Weten Wat er aan de hand is.
:34:35
Er is niks aan de hand. Die dingen
gebeuren geWoon Weleens.
:34:39
Wat voor dingen dan?
:34:41
-lk Wil er niks over horen.
-lk laat het er niet bij zitten.
:34:45
lk bel hier iemand over.
:34:47
lk heb gisteravond iets gezien
Wat ik niet kan verklaren.
:34:53
lk heb ook iets gezien
Wat ik niet kan verklaren.
:34:57
lk ga er vanavond Weer heen.
:35:02
-Je gaat niet.
-JaWel, hoor.
:35:05
-Je gaat niet.
-JaWel.
:35:11
Je gaat niet.
:35:12
-Wonen ze op de maan?
-Daar hebben ze een basis.
:35:18
Het is geen verbranding
door de maan.
:35:21
Jij bent door m'n raam gekomen
en je hebt al m'n auto's gepikt.
:35:26
Zo is hij niet. Zeg dat niet.
Wat heeft hij gedaan?
:35:30
-Hij Was vannacht bij ons.
-lk hoef niet Weg.
:35:34
Zo is hij helemaal niet.
SchreeuW niet zo tegen me.
:35:39
Kun je het hem zelf niet zeggen?
Dit is niet te geloven.
:35:46
Je bent ontslagen. Hij Wilde
niet eens met je praten.