:39:01
Dat kan ik niet.
:39:04
Ik heb te veel te doen.
:39:15
Hou je van dit hotel ?
:39:23
Ja, zeker.
:39:25
Heel veel.
:39:29
Jij niet ?
:39:32
Ik denk van wel.
:39:36
Mooi.
:39:40
Je moet 't fijn vinden.
:39:46
Ik wou dat we hier voorgoed bleven...
:39:50
voor altijd...
:39:52
en eeuwig.
:40:01
Je wilt ons
toch geen kwaad doen, hé ?
:40:09
Wat bedoel je ?
:40:15
Heeft je moeder gezegd...
:40:19
dat ik je kwaad wilde doen ?
:40:21
Nee, papa.
:40:24
Weet je 't zeker ?
:40:33
Ik hou van je.
:40:36
Ik hou meer van je dan van wat ook...
:40:38
op de hele wereld.
:40:42
En ik zal jou nooit kwaad doen.
:40:45
Nooit.
:40:47
Dat weet je toch wel, hé ?
:40:55
WOENSDAG