:55:47
Ze rende zo de straat op.
:56:03
Waar is de kleedkamer?
-Daarzo.
:56:17
Zeg, kan ik je helpen?
-lk wil Dehl Swifts kastje zien.
:56:21
Waarom?
-lk kom z'n spullen halen.
:56:24
Hij moet eerst toestemming geven.
-Dat is moeilijk. Hij is dood.
:56:30
lk regel de nalatenschap.
:56:35
Hoe is hij gestorven?
-Plotseling.
:56:40
Dat was z'n kastje. 628.
-Bedankt.
:56:49
Graag gedaan.