Cocoon
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:22:06
Ik moet nog een paar dingen...
1:22:11
- Geen goeie worp.
- ... met je bespreken.

1:22:19
Ik ben bang dat oma en ik weggaan, David.
1:22:24
- Waarheen ?
- Dat is nu niet belangrijk.

1:22:27
Waar het om gaat is dat...
1:22:33
als we aankomen waar we heengaan,
1:22:37
we nooit meer ziek zijn,
niet ouder worden, en nooit doodgaan.

1:22:48
Je houdt me voor de gek, hé ?
1:22:54
Kan ik bij jou en oma op bezoek komen ?
1:23:01
En wij kunnen ook niet naar jou toe,
en dat zit me behoorlijk dwars.

1:23:06
Dus ik zou je nooit meer zien ?
1:23:14
Wanneer ga je, als je gaat ?
1:23:17
Binnenkort, jongen. Binnenkort.
1:23:21
- En weet je waarheen ?
- Nou ?

1:23:25
Kijk eens omhoog.
1:23:28
De ruimte, jochie. De ruimte.
1:23:33
Wie neemt je mee de ruimte in ?
1:23:35
Dat maakt niet uit.
Je gelooft me toch niet als ik het zeg.

1:23:41
Zeg niks tegen je moeder, die denkt meteen
dat haar ouwe doorgedraaid is.

1:23:48
Zouden ze er ook visgaten hebben ?
1:23:53
Sommige dingen hebben ze er niet.
Geen kleinzonen, geen honkbal,


vorige.
volgende.