:54:35
We moeten even praten.
:54:40
Probeer het een paar dagen
een beetje rustig aan te doen.
:54:49
De lijk schouwer
kan het in z'n eentje niet meer aan.
:54:55
Ze beginnen je in de peiling te krijgen.
:54:59
Maar hij is er nog. Ik ben hier nog niet klaar.
:55:02
Kakkerlakken moet je uitroeien,
anders heeft het geen zin.
:55:13
Met Mr. Emil?
:55:16
Het gaat om uw vrouw.
Ze heeft uw hulp nodig. Ze is ziek of zo.
:55:21
- Met wie spreek ik? Wat bedoelt u?
- Wees nou aardig.
:55:25
- U kunt beter naar huis komen.
- Wie bent u?
:55:29
Je hebt een van m'n jongens
je winkel uit gegooid. Het gaat om je vrouw.
:55:34
Ze maakt het niet lang meer.