:38:08
Hoe gaan de testen?
:38:11
Beroerd.
Maar gelukkig mag ik morgen naar huis.
:38:15
Hebben ze dat tegen je gezegd?
:38:17
Ja, hoezo?
:38:22
Zomaar.
:38:26
Je staat op de etenslijst
van volgende week.
:38:30
Tot wanneer?
- De hele week.
:38:33
Dat kan niet. Ze beloofden
dat het maar twee dagen zou duren.
:38:39
Horen jullie me?
Ik wil er nu meteen uit.
:38:43
Ik kijk heus wel tv, hoor. Word wakker.
:38:48
Zo erg is het niet.
- Wat weet jij er nou van?
:38:52
Jij hebt nooit zonder je ouders
opgesloten gezeten.
:38:56
Elke keer als m'n vader verhuisde,
moest ik opnieuw beginnen.
:39:05
Misschien wel.
:39:07
Ik moet hier weg.
:39:11
Zeg tegen m'n ouders
wat er aan de hand is.
:39:15
Wat doet hij?
- Ga naar ze toe.
:39:19
Alsjeblieft.
:39:25
Ik moet weer aan het werk.
:39:37
Je ziet er leuk uit.
:39:42
Heeft een meisje
dat wel eens eerder gezegd?
:39:45
Alleen m'n moeder. Maar die telt niet.