Overboard
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:17:00
Wat is dit ?
1:17:02
Dat vraag ik me ook af.
Dat lag in de auto.

1:17:06
Hoe kan dat nou ? Wie...
1:17:08
We moeten gaan.
Fijn dat je m'n kleren hebt klaargelegd.

1:17:13
- Hou toch op.
- Het stelt niks voor.

1:17:16
Ik heb je de beste jaren
van m'n leven gegeven.

1:17:19
Ik heb je kinderen grootgebracht.
1:17:21
Ik heb je vier kinderen geschonken.
Hoezo stelt 't niks voor ?

1:17:24
Je maakt van 'n mug 'n olifant.
1:17:27
Die mug is de reden
voor de meeste echtscheidingen.

1:17:30
Echtscheiding ?
Wat wil je daarmee zeggen ?

1:17:33
- Dat weet je best.
- Dat weet ik best ?

1:17:36
- Wil je scheiden ?
- Misschien.

1:17:39
- Geen sprake van.
- Je houdt me niet tegen.

1:17:42
- Waar heb ik m'n laarzen toch ?
- Als ik 'n scheiding wil, kan dat.

1:17:46
Daar heb ik geen toestemming
voor nodig.

1:17:51
Hou je van 'r ?
1:17:55
Nou ?
1:17:58
Vertel op.
1:18:00
Als ik eerlijk moet zijn ? Ja en nee.
1:18:04
- Meer ja dan nee ?
- Niet te geloven. Hoe heb je...

1:18:09
Ik ben blij dat dit gebeurd is.
1:18:12
Ik loop al tijden te piekeren
hoe ik je dit moest vertellen.

1:18:16
Ik moet iets bekennen.
1:18:19
Jij bent JS. Dit slipje is van jou
en wij zijn niet getrouwd.

1:18:24
Hoe heet ze ? Jacqueline ? Josie ?
1:18:26
Schat, we zijn geen man en vrouw.
1:18:29
Werkt ze op de mestfabriek ?
Deelt ze soms de scheppen uit ?

1:18:32
De kinderen zijn niet van jou.
Je hebt niks geschonken.

1:18:35
- Praat er niet overheen. Wie is ze ?
- Kom.

1:18:39
- Jongens, luister.
- We zijn nog steeds schoon.

1:18:43
Ze weet dat ze niet jullie moeder is,
maar ze moet 't ook van jullie horen.

1:18:51
- Vertel 't haar maar.
- Wat ?

1:18:54
- Dat ze jullie moeder niet is.
- Maar dat is ze wel.

1:18:57
Zeg nou niet wat ik jullie heb opgedragen.
Ik wil dat je 'r de waarheid vertelt.


vorige.
volgende.