1:22:09
Hallo, grote jongen. Dag, stuk.
1:22:13
- Wat mag 't zijn ?
- We hebben niet lang. Wat is er klaar ?
1:22:17
De ruimtesoep of de ruimtedagschotel.
1:22:19
- Ik neem de soep.
- Oké.
1:22:22
Ik neem 't decolleté.
Ik bedoel de dagschotel.
1:22:26
Een dagschotel en een soep.
1:22:33
- Weet je 't al ?
- Allebei de maanvis, graag.
1:22:36
Ook nog iets te drinken ?
Kijk uit met dat ding.
1:22:40
Hij leidt 'n eigen leven, schat.
Daar kan ik niets aan doen.
1:22:50
- Jemig.
- Wat ?
1:22:52
Nee, we waren verdwaald.
Niemand wist waar we waren.
1:22:55
Ineens begint Harry
als een gek rond te huppelen.
1:23:00
"Ik weet 't. We zijn op Pluto," zegt ie.
1:23:03
"Hoe weet je dat ?"
"Ik voel me zo uitgelaten."
1:23:08
Uitgelaten. Snap je 'm ?
1:23:14
Wat heeft hij ?
1:23:18
- Wat is er met hem ?
- Geen idee.
1:23:24
- Geef 'm wat water.
- Laat dat maar zitten.
1:23:27
Geef 'm liever een paar Rennies.
1:23:30
Serveerster, wat heeft hij gegeten ?
1:23:33
- De dagschotel.
- Die heb ik ook besteld.
1:23:36
- Ik wil de soep.
- Goed idee.
1:23:47
Nee, toch. Niet weer.