:54:14
- Woon je hier?
- Ja.
:54:17
Leuk, vind je niet?
:54:25
Wil je priklimonade?
:54:29
- Wil je priklimonade?
- Ja, hoor.
:54:33
Ik heb 'm zo afgesteld
dat er geen geld in hoeft.
:54:37
Niet aankomen.
:54:39
- Wat?
- De lijm is nog niet droog.
:54:43
- Neem me niet kwalijk.
- Geeft niet. Er is niets gebroken.
:54:48
- Wil je flipperen?
- Nee.
:54:51
- Hier heb je ook geen geld voor nodig.
- Nee, bedankt.
:54:55
Oké.
:54:58
- Is dat 'n trampoline?
- Wil je erop?
:55:04
Toe, het is echt leuk.
:55:06
En helemaal niet moeilijk. Kom op.
:55:08
- Je vindt 't vast leuk.
- Heb je wijn in huis?
:55:11
- Doe je schoenen uit.
- Misschien kunnen we wat praten.
:55:15
Geef me de andere.
:55:18
Het is heel makkelijk.
Even die grote ballen eraf halen.
:55:26
- Ik kijk liever.
- Ik doe met je mee.
:55:30
Fantastisch.
:55:32
- Help me overeind.
- Tuurlijk.
:55:38
Springen.
:55:40
- Wil je dat ik spring?
- Ja, gewoon springen.
:55:46
- Mag ik nu iets te drinken?
- Nee, echt springen.
:55:49
Hier gaan staan en dan de lucht in. Toe maar.
:55:53
Zorg datje 'n flink eind de lucht in gaat.
:55:59
- Zo.
- O, kom nou. Ik doe met je mee, goed?