1:20:00
ik ga nog niet weg.
- Ga toch weg.
1:20:04
Goed dan. Tot straks.
- Tot straks.
1:20:09
Gewoon uit nieuwsgierigheid.
Hoe lang blijf je hier nog ?
1:20:12
Vanavond ?
- Nee, in deze buurt.
1:20:15
Nog zo'n jaar of vijftig.
ik ga in het onroerend goed.
1:20:19
ik laat hier een torenflat bouwen.
1:20:22
Veel mensen willen hier komen wonen.
- Wil je ook een appartement ?
1:20:28
Mag ik een rietje, Mr. Trump ?
- Tuurlijk.
1:20:30
Van Trumps Pizza.
- Daar heb ik over gehoord.
1:20:32
Van Trumps Pizza, weet je wel.
- Ga toch weg.
1:20:36
Tot kijk, Salvatore.
1:20:37
Vul de limonade bij, Pino.
1:20:41
Goed, Pap.
1:20:44
ik kan echt niet vlugger bezorgen.
1:20:48
Dan glijdt alle kaas naar een kant.
1:20:51
ik heb nog niks gezegd.
Heb je een slecht geweten ?
1:20:55
ik ben onschuldig.
- Je moet wel schuldig zijn,
1:20:58
anders had je dat
zonet niet gezegd.
1:21:01
Kom op, Sal.
- Waar gaan we heen ?
1:21:06
Kom 's even helpen.
1:21:11
Kom op.
- Wat is er ?
1:21:20
Vito, Luister. ik ben je broer.
1:21:23
0oké al sla ik je af en toe,
ik ben en blijf je broer.
1:21:28
Nou en ?
1:21:33
ik hou van je.
1:21:36
ik luister.
- ik wil ook dat je luistert.
1:21:39
ik zei al dat ik luisterde.
1:21:42
Zwart, wit... nee.
1:21:47
Waar heb je het over ?
- Luister je ?
1:21:50
Dat heb ik al tien keer gezegd.
1:21:53
Mookie is niet te vertrouwen.
- ik vertrouw hem, Pino.
1:21:57
Nee, je kunt ze niet vertrouwen.
1:21:59
Ze steken een mes in je rug.