1:33:19
Doe wat jullie moeten doen.
1:33:23
Mensen, ga naar huis.
1:33:26
Anders gebeuren er meer ongelukken.
- Ja, jij, jongen.
1:33:29
Als we er nu geen einde aan maken,
1:33:31
doen we iets waar we de rest
van ons leven spijt van hebben.
1:33:35
Sal had niks te maken
met wat de politie deed.
1:33:38
Een van die agenten was zwart.
- Laat hem.
1:33:43
We krijgen jullie nog wel.
1:33:46
Toe dan, meneer Sal.
1:33:48
Zag je hoe ze hem keelden ?
1:33:51
ik wist dat hij dood zou gaan.
- Jij had hem kunnen redden.
1:33:55
Hij had een radio. Hij is nu dood
omdat hij een radio had.
1:33:59
Hij wilde alleen foto's
op de muur en nu is ie dood.
1:34:02
Wat heb je te zeggen, Sal ?
1:34:10
Jouw zoon belde de politie.
1:34:12
Wegwezen hier, man.
iemand raakt gewond.
1:34:16
Krijg de klere, man.
1:34:36
Laat het gaan, Sal is maar een man.