January Man
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:29:00
Hij heeft zich al gemeld.
:29:06
- O ja?
- Ja.

:29:08
Olsons kantoor beviel hem niet,
dus hij zit aan 't einde van de gang.

:29:16
Beviel het kantoor van Olson hem niet?
:29:19
Hij zei dat het licht niet goed was.
:29:22
- Welk licht?
- Het zonlicht.

:29:25
Zonlicht?
:29:27
Waar heeft ie dat voor nodig?
:29:29
- Voor Ed.
- Ed?

:29:38
- Wie is Ed?
- De schilder.

:29:44
- Er hoeft niet geschilderd te worden.
- Niet zo'n schilder. Hij is een...

:29:50
Hij maakt schilderijen.
Hij is kunstenaar.

:29:59
Wat zullen we nou beleven?
:30:16
- Hebt je 't gezegd?
- Ja.

:30:19
Heb je hem over de schilder verteld?
:30:23
- Hier kan ik geen genoeg van krijgen.
- Zeg dat wel.


vorige.
volgende.