:24:04
Wat is er gebeurd ?
Ik heb de commissaris in m'n nek !
:24:08
Het klinkt allemaal nogal vaag.
:24:10
De dove is niet zeker van de vrouw.
:24:13
De blinde hoorde 't schot,
maar kan niet identificeren.
:24:17
Je hebt te erg met ze te doen.
:24:19
Je hebt altijd met mensen te doen,
dat is jouw probleem.
:24:23
Ik neem 't wel over.
:24:32
Nu geen flauwekul meer,
we gaan serieus praten.
:24:35
Dus jij beweert
dat er 'n vrouw aanwezig was.
:24:39
Was er 'n vrouw aanwezig ?
:24:44
Was er 'n vrouw aanwezig ?
:24:46
Sorry. Spreekt u tegen mij ?
:24:48
Natuurlijk spreek ik tegen jou.
Was ze er of niet ?
:24:51
Wat ?
:24:53
Een vrouw.
:24:55
Ik heb 'n vrouw geroken,
maar ik heb haar niet gezien.
:24:59
En jij, wijsneus ? Was er 'n vrouw of niet ?
:25:05
Wat moet ik doen,
moet ik je even apart nemen ?
:25:10
Hij is doof.
Hij moet uw gezicht kunnen zien.
:25:15
Geen gelul meer !
Was er wel of niet 'n vrouw aanwezig ?
:25:18
- Serieus ?
- Ja, ik ben verdomd serieus.
:25:21
Was 't een wasvrouwtje ?
:25:24
Waar heeft hij 't verdorie over ?
:25:26
Hij kan liplezen. U spreekt te snel.
:25:32
Was er...
:25:34
'n vrouw...
:25:37
aanwezig ?
:25:39
Ja.
:25:40
Er was...
:25:43
'n vrouw...
:25:47
aanwezig.
:25:50
Waarom praat hij zo ?
:25:51
Omdat hij doof is...
:25:55
niet dom.