:47:06
Ik zie niets.
:47:10
Ik ook niet.
:47:12
Ik kan niet rijden als je de stoel niet verzet.
:47:18
Zoek de hendel
en duw de stoel naar achter.
:47:21
Ik heb 'm !
:47:26
- Wat is er gebeurd ?
- We waren er bijna geweest.
:47:31
- Dank je.
- Wally, ik zie niets.
:47:36
Doe je handen weg, ik zie niets !
:47:40
Ik pak die klootzak nu !
:47:46
Schiet er iemand op ons ?
:47:50
Ik heb niets gehoord.
:48:00
Je plet m'n ballen !
:48:07
De remmen ! Ga op de rem staan !
:48:31
Waar zijn we ?
:48:33
- Ik denk dat we naar New Jersey varen.
- Dat meen je niet !
:48:37
- Ik heb familie in New Jersey.
- Leuk voor jou.
:48:41
Je hebt haar lippen gelezen.
:48:43
Inderdaad.
:48:44
- Wat zei ze ?
- "Ik zal 't u morgen geven.
:48:48
"We gaan 's ochtends naar Grace George
en wachten op uw telefoontje."
:48:52
Toen zei ze:
"We moeten morgen 't land verlaten."
:48:57
We moeten die Grace George vinden
en wachten tot ze komen opdagen.