:44:05
Geef me een muntje.
:44:07
Schuif een muntje onder de deur door.
-Wat is dat nu weer?
:44:48
Zeg dat hij geluk brengt.
-Hij brengt geluk, zegt Sam.
:45:26
Prince, tussen Green en Mercer.
:45:29
Het grijze gebouw
tegenover het postkantoor.
:45:32
Dank u, brigadier. Haast u zich.
We wachten op u.
:45:36
Ze zijn onderweg.
:45:40
En wat doen we nu?
-We wachten.
:45:53
Is Sam hier?
:45:59
Ik zit naast haar.