:12:05
Je voelt dat je me moet neuken
of ik zal teleurgesteld zijn.
:12:08
-Maar je hoeft me niet altijd te neuken.
-Zeg dat woord niet.
:12:13
Welk woord?
:12:15
"Neuken"?
:12:18
Het stoort me nu.
:12:26
Misschien is 't het accent.
:12:33
Misschien omdat je niet kan neuken.
:12:48
Je moet niet aan verschrikkelijke
dingen denken...
:12:50
zoals het voortaan impotent zijn.
:13:03
Het is niets.
We zouden erom moeten lachen.