1:02:00
Rijden.
- Wat doe ik dan ?
1:02:06
Waar zijn ze ?
- Dit is niet te geloven.
1:02:09
Ze zijn weg.
1:02:11
We raken ze kwijt.
- Niet waar.
1:02:16
Rechtsaf.
1:02:20
Geef gas.
1:02:25
Waar zijn ze ?
- Nog steeds achter je.
1:02:31
Die auto is een lor.
1:02:37
Naar links.
1:02:54
Ze zijn weg. Ik zie ze niet meer.
1:03:02
Jullie zijn erbij.
- Vergeet het maar.
1:03:23
Dit wordt een snelle poetsbeurt.
1:03:34
Achteruit, en geen fratsen.
1:03:37
Wat denk je van die Chevrolet ?
- Ik reken wel met hem af.
1:03:43
Weg bij die auto.
- Stap in.
1:03:49
Doe geen domme dingen.
1:03:57
Schiet eens op.