1:26:07
Huur de beesten in
die dezelfde God hebben als wij.
1:26:12
Dieren?
-Uit het noorden.
1:26:15
Je bedoelt de Kelten.
Die drinken het bloed van hun doden.
1:26:19
Breng ze onder één juk.
1:26:24
Ingehuurde schurken...
1:26:30
Briljant.
1:26:36
Zet je eigen nakomeling op de troon.
1:26:40
Een kind? Hoe?
1:26:42
Deel het bed met iemand
van koninklijken bloede.
1:26:45
Wie dan?
1:27:01
Het is een persoonlijke zaak
van het grootste belang.
1:27:05
Ik begrijp het, lieve vrouwe.
1:27:07
Dit is mijn trouwste afgezant.
1:27:10
Hij moet naar Frankrijk reizen
en het de koning persoonlijk geven.
1:27:15
Mijn hofdame zal u vergezellen.
1:27:17
Ik kan niet instaan voor haar veiligheid.
1:27:21
De reis is vol gevaren.
1:27:23
Dank voor uw bezorgdheid,
maar Sarah rijdt goed. Ik sta erop.
1:27:29
Zoals u wenst.
1:27:44
Wat is er?
-Hij heeft last van z'n voorbeen.