Falling Down
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:13:02
- Hoe kom ik aan een pen?
- Gebruik maar een drol.

:13:09
Dit is je laatste dag. Pas op.
Herinner je je Forsythe?

:13:14
- Hij moest nog vijf minuten.
- Twee.

:13:17
Hij liep al naar z'n auto.
:13:20
Overreden door een in beslag
genomen auto.

:13:23
Hartstikke ironisch.
:13:25
Er kan van alles gebeuren.
Bureaus kunnen gevaarlijk zijn.

:13:30
Snij je vingers niet aan het papier.
:13:33
Grappig, hoor.
:13:35
- Ik probeerde ze tegen te houden.
- Het hoort erbij.

:13:42
Wat hebben ze nog meer achter
de hand?

:13:45
- Niks.
- Niks?

:13:49
Gaan we nog lunchen?
Of ga je vroeg naar huis?

:13:52
- Waarom zou ik?
- Het is je laatste dag.

:13:56
- Ik ben niet bijgelovig.
- Klaar?

:13:59
- Ja, zo.
- Laat die bureausmeris nou.

:14:03
- Probeer maar vast te starten.
- Niet zo lichtgeraakt.

:14:09
- Ik zal je missen.
- Echt waar? lk jou ook.

:14:14
- Schiet op, Sandy.
- Lunchen?

:14:40
Wacht even, schat.
:14:42
- Wanneer maak je de taart?
- Zo.

:14:46
Tegen zonsondergang.
Niet in huis.

:14:50
Er komen maar een paar kinderen.

vorige.
volgende.