:19:02
Dat is afgesproken. Rij jij maar.
:19:08
Ik heb geen rijbewijs, mevrouw.
:19:13
Hoe heet je eigenlijk ?
- Chance Boudreaux. Hoe heet jij ?
:19:19
Nat ? Vonden je ouders je
niet droog achter je oren ?
:19:27
Het is een afkorting, van Natasha.
Maar waarom heet jij nou Chance ?
:19:35
Omdat m'n moeder sjans had.
:19:41
Hoe ben je je pa kwijtgeraakt ?
:19:44
M'n ouders zijn gescheiden toen ik
zeven was. M'n vader is weggegaan.
:19:54
We schreven elkaar en hij
belde me ook wel eens.
:19:58
Drie weken terug hield
hij op met schrijven.
:20:04
Ik ken iemand die ons kan helpen.
Loop de rij langs, ik kijk binnen.
:20:19
Heb je toevallig hete saus bij je ?
- Elijah, hoe gaat het ermee ?
:20:25
Woensdag is gehaktdag, hé.
Tenminste, dat zeiden ze.
:20:30
Ik dacht dat je weer ging varen.
- Ik ben m'n monsterboekje kwijt.
:20:36
Ik moet iets laten zien.
- Kennen jullie elkaar ?
:20:40
Sinds gister. Heb je m'n pa gezien ?
- Nee, wel iets anders.
:20:45
Ik was op het Plaza d'Italia.
Daar lag een slaapzak op 'n kar.
:20:50
'n Camouflageslaapzak,
die verkenners gebruiken.
:20:54
Zo een had je vader ook.