:03:01
Ik schrompel liever weg.
- We hebben een loopband gekocht.
:03:05
Wij hebben de onze weggedaan.
Hij nam te veel plaats in.
:03:10
Je moet zo'n ding ook
af en toe aanzetten.
:03:12
Ik word gek van al die knopjes en
programma's. Dat zal ik nooit snappen.
:03:19
Leuk dat we jullie tegenkwamen.
- Gek dat je je buren niet kent.
:03:23
Ik heb altijd al hallo willen zeggen.
Leuk stel, hè?
:03:30
Komen jullie even wat drinken?
Dat zouden we enig vinden.
:03:34
Ja, leuk.
- Ze maakt heerlijke Irish coffee.
:03:38
Ik wil die film zien.
- Dan kan je me de loopband uitleggen.
:03:42
Als ik het snap, snapt iedereen het.
:03:48
Ik doe maar wat.
Er zit een heel boekwerk bij.
:03:52
Ik zit op niveau 5.
- Wat bent u dan al ver. Ik zit op 2.
:03:57
Moet je zien. Ik snap er niets van.
:04:00
Laat eens kijken.
- Zie je dat?
:04:03
Hier, een puntgave luchtpostzegel
uit 1933. Zeer zeldzaam.
:04:08
Een plaatje. Kijk dan.
:04:10
Het unieke is dat er een klein foutje
in zit. Kijk eens of je het kunt zien.
:04:16
Ik geef een hint. In de hoek.
- Dat kleine dingetje daar?
:04:21
Dat maakt hem zo waardevol.
:04:23
Deze serie herdenkingszegels wordt
ook waardevol. Kijk die kleur eens.
:04:30
Jullie willen vast naar bed.
- Welnee. Wat doe je eigenlijk?
:04:35
Lk werk bij een uitgeverij.
:04:37
Ik heb een oude bioscoop. Die wordt
opgeknapt. Vroeger had ik er drie.
:04:44
Moet je deze zien.
Zelfs de perforatie is nog intact.
:04:47
Waar is Carol?
Lk moet er echt vandoor.
:04:51
De koffie is klaar.
- Die was ik vergeten.
:04:55
Dit komt een andere keer wel.
:04:57
Wij hebben geen kinderen,
maar we kunnen ons wel inleven.