:45:00
- Waar wordt dit spul voor gebruikt?
- Voor de remmen.
:45:05
- En dit?
- Dat is vet voor pakkingen.
:45:10
- Wat is 't voor een auto?
- 'T Is een motorfiets.
:45:15
- Een wat?
- Een motorfiets.
:45:20
Je komt zeker niet uit de buurt. Hè?
:45:24
- U ook niet.
- Klopt. Ik ook niet.
:45:28
Ben jij niet die Canadees die
Tom Lewis uit z'n stal heeft gered?
:45:34
- Ja. Dat ben jij.
- Hij heeft ook alle paarden gered.
:45:38
Echt waar? Nou. Nou!
Dat is heel wat. Zeg.
:45:44
- Wat voor één?
- Wat bedoel je?
:45:47
Aan wat voor 'n motorfiets
ben je aan het werken?
:45:51
Een Triumph.
:45:54
Zo maken ze ze tegenwoordig
niet meer. Hè?
:45:59
Nee. Zeker niet.
:46:04
Kom. We gaan.
:46:10
Tot ziens.
Succes met de motorfiets.
:46:21
- Hoe bestuur ik zo'n ding?
- Kom. Ik zal 't je leren.
:46:26
Eigenlijk wil ik 't helemaal niet.
Zolang jij maar weet hoe 't moet.
:46:30
- Laat je niet pakken.
- Ik dacht dat dat geregeld was.
:46:34
- Er is betaald. Maar je weet nooit.
- Maak jij je nou maar geen zorgen.
:46:39
- Zorgen? Ik?
- Goed zo.
:46:43
- Is dat je kaart?
- Ja. Hoe doe je dat?
:46:47
Toverkunst.
:46:53
- Mama. Is dat je bruiloft?
- Ja.