:07:03
Hij had een kunsthand.
:07:05
U hebt 'n aardig goed
alarmsysteem in huis.
:07:09
Is er nog iemand die de code kent ?
:07:12
Onze huishoudster.
:07:15
Zij kent de code en heeft 'n sleutel.
:07:18
Die krabben in uw nek...
:07:21
heeft die eenarmige man dat gedaan ?
:07:24
Helen krabde me toen ik haar verplaatste.
:07:26
Was dat voor of na 't gevecht
met die man ?
:07:31
Dat heb ik al gezegd.
:07:33
Heeft u 'n wapen, Dokter ?
:07:35
Heeft u 'n wapen ?
:07:38
Ja, we hebben 'n wapen in huis.
:07:40
Staat 't op uw naam ?
:07:42
Ja.
:07:43
Waar bergt u 't meestal op ?
:07:45
Uw wapen.
:07:47
In Helens nachtkastje.
:07:49
Naast de tafel.
:07:52
Hebt u veeljuwelen in huis ?
:07:56
Zijn vingerafdrukken staan op de lamp...
:07:59
't wapen en de kogels...
:08:01
en er zit huid van de dokter
onder haar nagels.
:08:04
Uw vrouw is degene met geld, hé ?
:08:08
Ze komt uit 'n rijke familie, ja.
:08:12
Had ze 'n levensverzekering ?
:08:15
Ja, die had ze.
:08:18
Wie is de begunstigde ?
:08:22
Dat ben ik.
:08:23
De enige ?
:08:26
Ja.
:08:28
Dus u zit er straks warmpjes bij.
:08:33
Ze was 'n hoop geld waard.
:08:37
Denkt u dat ik m'n vrouw vermoord heb ?
:08:41
Dat ik haar schedel heb ingeslagen
en haar heb doodgeschoten ?
:08:46
Hoe durft u !
:08:48
Ik kwam thuis, er was 'n man in huis.
:08:50
Ik heb met 'm gevochten.
:08:52
- De éénarmige man.
- Hij had 'n mechanische arm.
:08:56
- Plastic, rubber ?
- Jullie moeten die man vinden !
:08:58
Jullie moeten die man vinden !