:01:56
De Heer is mijn herder.
:02:00
Hij doet mij liggen in
grazige weiden.
:02:03
Hij voert mij aan rustige wateren.
:02:08
Al ga ik door 'n dal van duisternis...
:02:12
dan nog vrees ik geen kwaad.
:02:16
Uw stok en staf vertroosten mij.
:02:19
Mijn beker vloeit over.
:02:21
Heil en goedertierenheid volgen mij.
:02:25
Eeuwig blijf ik in 't huis
des Heren.