:04:20
Niks aan de hand. Rustig maar.
:04:49
- We moeten terugvechten.
- Degenen die dat wilden, zijn dood.
:04:53
- We kunnen ze nooit verslaan.
- Dat hoeft ook niet.
:04:58
Als we maar tegen ze vechten.
Wie doet er mee ?
:05:01
- Ik doe mee.
- Goed dan.
:05:21
- Waar ga jij heen ?
- Met jou mee.
:05:24
Is dat zo ?
:05:26
- Wat ga je dan doen ?
- Helpen.
:05:29
Je zou vast 'n enorme hulp zijn.
:05:32
Maar jij moet op de boerderij passen
als ik weg ben.
:05:39
Ik kan best vechten.
:05:43
Dat weet ik.
:05:52
Maar je bent pas 'n man
als je je verstand weet te gebruiken.
:05:59
Tot morgen.