:34:00
Hij komt er opeens aan,
ik schrik, boem ! ik ren weg.
:34:05
Je bedoelt: Boem, boem, boem, boem.
:34:07
Wat ?
- Vier kogels in z'n lijf.
:34:11
Waar had je 't geweer ?
- In m'n sporttas.
:34:15
Wat zat er nog meer in ?
:34:18
M'n uniform van Hambones, en brood.
:34:22
Ik eet zelf geen Hambones,
al weet niemand dat.
:34:24
Was de tas dichtgeritst, op slot ?
:34:30
Niet schudden.
:34:32
Waar zijn m'n matrassen ?
- Wat ?
:34:35
De matrassen voor m'n kinderen.
:34:37
Ze vragen:
"Waar blijven de matrassen ?"
:34:42
Ik zeg:
"Strike koopt ze, heeft ie beloofd."
:34:46
Tot ik je 'n keer arresteer...
:34:48
ben jij m'n weldoener.
:34:52
Jij gaat mijn club sponsoren.
:34:55
Ik zeg 't maar een keer.
:35:00
De winkel was dicht.
Er was een joodse feestdag.
:35:02
Welke ?
- Ik weet niet. Kies maar.
:35:06
Ik kom morgen wel even langs.
:35:09
Dit is 'n maatje te klein.
- Jij en ik waren maatjes.
:35:14
Arresteer je me ?
- Waarvoor ?
:35:20
Maak de boeien los. Laat me eruit.
:35:23
Zo hoef je niet te leven.
:35:26
Er is meer
dan deze achterbuurt, weet je.
:35:30
Wil je niet reizen ?
:35:33
Gek op treinen,
maar je kent alleen de metro.
:35:40
Verdwijn, man.
:35:42
En zorg voor die matrassen.
:35:45
Nooit.
- Nooit ?
:35:48
Ben je er nooit
met je kinderen langsgekomen ?
:35:51
Om iets fris te kopen ?
- Met mijn kinderen ?
:35:54
Ik zie ze nauwelijks.
Ik werk altijd.
:35:57
Thuis ben ik doodop. Heb je kinderen ?