:20:02
We willen dat u sterft
:20:05
ls dat zo?
-Als we toch mogen kiezenja
:20:13
KlEZEN
:20:14
En nu?
-Wilt u dat wij sterven?
:20:18
Nee, ik wil dat je die tien houdt
:20:21
lk zal 't makkelijk maken
Vertel maar eens welk werkwoord
:20:26
hier moet staan
-Wij kiezen karate
:20:32
lk wil een ander werkwoord
-We moeten sterven
:20:37
ls moeten een werkwoord?
:20:41
Kan je moeten?
-Ja, ik moet nu pissen
:20:52
Wat is een heel krachtig werkwoord?
:20:56
Sterven
-Pissen
:20:59
Doe niet zo stom
:21:03
Kiezen
-Kiezen Hoe heet jij?
:21:07
Callie
-Waarom, Callie?
:21:10
't Houdt in dat je zelf je leven
bepaalt Door te kiezen
:21:15
Als je bedreigd wordt zeg je dan:
lk kies ervoor te sterven?
:21:19
Nee, maar je kan er wel voor kiezen
zonder angst te sterven
:21:24
Je kan altijd kiezen
-ln onze buurt niet
:21:29
Heb je dat hier geleerd?
:21:33
Nee, dat staat in dit boek
'My Darling, My Hamburger'
:21:40
Hoe?
-'My Darling, My Hamburger'
:21:45
Bezittelijk voornaamwoord,
zelfstandig naamwoord
:21:51
Pardon, Miss Johnson
:21:55
Kunt u straks even komen?
De rector wilt u spreken