1:26:03
Een machtige vijand.
1:26:05
Knap, hoor.
1:26:09
Niet zo machtig als de president.
1:26:13
Inderdaad.
1:26:15
Alan Richmond was de dronkaard.
1:26:18
De twee waren geheim agenten.
1:26:20
Stafchef Russell wiste
de sporen uit.
1:26:23
Stap dan naar de politie.
1:26:26
Dat is
wat onschuldige mensen doen.
1:26:29
Ja, hoor.
1:26:31
Die jongeman die hier was...
1:26:33
... gelooft mij
en niet de president ?
1:26:37
Waarom zou ik je geloven ?
1:26:40
Omdat ik het je zweer, Kate.
1:26:42
Ik zweer het op Matties graf.
1:26:45
Inderdaad.
1:26:47
Op je moeders graf. Ik sterf liever
dan daarover te liegen.
1:26:52
Verdomme, Luther.
1:26:54
- Ik weet het.
- Ze zullen je doden.
1:26:59
- Dat weet ik.
- Kan je vluchten ?
1:27:03
Alles was geregeld.
Ik stond al in de luchthaven.
1:27:07
Ik zag die persconferentie.
1:27:10
Richmond gebruikte
de ouwe Sullivan.
1:27:16
Ik was niet in staat...
1:27:18
... Christy Sullivan te redden.
1:27:22
Ik probeerde het niet eens.
1:27:25
Wat ga je doen ?
1:27:30
Ik bedenk wel iets.
1:27:40
Ik zag je vorig jaar
een zaak pleiten.
1:27:43
Je won 'm.
1:27:45
Je hebt
het verstand van je moeder.
1:27:49
Wees voorzichtig.
1:27:53
Altijd.