:13:00
... maar raak me nooit meer aan.
:13:08
Zeg tegen ma dat ik contact
opneem als ik Steven vind.
:13:16
Je gaat 'm niet eens zoeken.
Je rent vast weer weg.
:13:22
Ik ben degene die 'm gaat zoeken.
Jij hebt 'm laten gaan.
:13:31
Ik nam Ernest niks kwalijk.
Hij was 'n soldaat zonder oorlog.
:13:35
De overwinning was te onverwacht
gekomen. Hij was de weg kwijt.
:13:41
Mijn broer Steven ook.
En ik moest 'm zien te vinden.
:13:46
Weet je wat ik moest doen ?
:13:49
Een stier offeren.
- Doodmaken ?
:13:52
Ja, doodmaken.
- Heb je 't gedaan ?
:13:55
Nee, mijn broer Ernest
heeft 't gedaan.
:13:58
Heeft ie geleden ?
:14:00
Het ging heel snel.
Hij was in een klap dood.
:14:03
Hoezo, walgelijk ? Dat hoort
bij het ritueel. Het is traditie.
:14:10
Wil jij de professor bellen en
zeggen dat mijn moeder ziek is ?
:14:16
Wat heeft je moeder ?
:14:18
Niks. Het is gewoon 'n smoesje
om hier te blijven.
:14:21
Straks mis je je examens.
- Ik weet 't. Maar ik ben de oudste.
:14:26
Hoe wil je hem vinden ?
- Ik heb geen telefoonnummers.
:14:31
Ik heb alleen twee adressen.
Een in de stad en een in Soweto.
:14:35
Wat ga je nu doen ?
:14:37
Ik ga zo de stad in. Als alles goed
gaat, zit ik morgen in 't vliegtuig.
:14:43
Wees voorzichtig.
:14:48
Ik bel je nog wel.