:11:00
Heeft u bewijzen ?
- Hij is uitgekookt.
:11:04
Hij had privé-telefoon op kantoor,
die hij alleen opnam.
:11:09
Ik heb 's opgenomen,
maar er werd niks gezegd.
:11:13
Als ie ging, deed ie de deur dicht.
Nogal opvallend.
:11:18
Heeft u 'n naam ?
:11:21
Dit is m'n verdiende loon.
Ik verkoop m'n ziel.
:11:25
Ik voel het.
:11:28
Dit geeft gedonder.
- Dus u kent 'n naam.
:11:31
Alleen een voornaam.
God, ik ga 't zeggen: Ellie.
:11:37
Ellie ? Verder nog ?
- De president weet er ook van.
:11:42
Ik hoorde de minister er met hem
over praten. Washington deugt niet.
:12:28
Hoe gaat het ?
- Kan ik u helpen ?
:12:32
We zoeken je mam. Is ze in de buurt ?
- Mama is ziek, ze is er niet.
:12:39
Ik ben gek op varen.
Gaan jullie 'n tochtje maken ?
:12:43
Wat spannend.
Het ziet eruit als 'n lange tocht.
:12:49
Weet je waar je naartoe gaat ?
- Terug naar huis. Hou daarmee op.
:12:56
Lily, kom even.
- Mooie naam.