:28:06
Juffrouw Viola.
:28:08
Heer.
:28:10
Ik heb met uw vader gesproken.
:28:12
En dan ? Ik spreek elke dag met 'm.
:28:32
Goed.
:28:35
Ik hoorde dat je dichter bent.
:28:40
Een dichter van geen woorden ?
:28:48
Dichter ?
:28:49
Ik was 'n dichter tot nu, maar ik heb
schoonheid gezien die m'n gedichten...
:28:53
in het niets doet verzinken.
:28:56
- Heb ik u beledigd ?
- U verlangde mijn bezit.
:29:00
Ik kan hier geen bloed vergieten,
maar weldra snijd ik uw keel over.
:29:03
Heeft u een naam ?
:29:05
Christopher Marlowe, tot uw dienst.
:29:31
Romeo. Romeo.
:29:33
Een jongeman uit Verona.
:29:36
Een komedie door William Shakespeare.
:29:39
- Juffrouw !
- Wie is daar ?
:29:43
- Will Shakespeare.
- Mevrouw !
:29:45
Ik kom, voedster, ik kom.
:29:49
- O, meneer Shakespeare.
- Dezelfde, helaas.
:29:53
Waarom "helaas" ?
:29:54
- Een bescheiden acteur.
- "Helaas."
:29:56
Ik dacht dat u
mijn meest gewaardeerde dichter was...
:29:59
en schrijver van stukken
die me in vervoering brengen.