:51:14
lk ga hulp voorje zoeken.
Je bent niet in orde.
:51:21
Waarom wil je 'n kind van me?
:51:25
Je kunt me niet uitstaan.
-Dat is niet waar.
:51:33
Zal ik Mococoa maken?
:51:36
Met cacaobonen uit Nicaragua,
zonder zoetstof.
:51:40
Wat bazel je nou?
:51:44
Tegen wie praat je?
-Dit is echt de beste cacao.
:51:49
Heeft dit ergens mee te maken?
Zeg op, wat gebeurt er toch?
:51:55
Je stort in, dat gebeurt er.
-Jij bent erbij betrokken.
:52:05
Je maakt me bang.
-Nee, jij maakt mij bang.
:52:11
Snij je me in blokjes of plakjes?
Of schil je me? Er is zoveel keus.
:52:17
Doe iets.
:52:22
Wat zei je? Tegen wie zei je dat?
-lk heb niks gezegd.
:52:27
lk zei niks.
:52:29
Jawel.
-lk zei niks.
:52:32
Zeg 't tegen me.
-Niks. Hou op.
:52:35
Blijf waarje bent.
:52:43
Godzijdank.
:52:49
Hoe kan ik zo nou doorgaan?
Het is zo onprofessioneel.